Winterkraaien noemt het volk de veengravers die door de opstijgende nevels in ’t schemer huiswaarts keren. Als grote zwarte zwijgende vogels door het troosteloze land. Stappend over smalle drassige paden, langs reusachtige gerooide boomwortels, zwart afgetekende kransen, groter en hoger dan die gebogen mannen op weg naar huis. Langs de hut van Vis-Jette, een vrouw die krachtige zonen baarde onder de grond, méér dan er nodig zijn voor een ploeg flinke werkers in het veen.
“Winterkraaien” naar A. van de Werfhorst, verhaalt over het veenvolk, dat in half in de aarde verzonken hutten woont, ergens tussen de Lemelerberg en Sibculo. Een verhaal over overleven, over de hardheid van het bestaan, taai, tanig en diep. Een prachtig historisch verhaal uit Overijssel. Janna van den Berg: verhalenvertelster
entree: € 15,-
|
|